Nieuwe aansprakelijkheidsregels. Wat verandert er?

Aansprakelijkheid van de werknemer ten opzichte van de werkgever

Wanneer een werknemer schade veroorzaakt ten opzichte van zijn werkgever, kan een werkgever zijn werknemer enkel aansprakelijk stellen voor schade als die schade veroorzaakt is door een opzettelijke fout, een zware fout of een herhaaldelijke lichte fout.

• Van opzettelijke fout of bedrog is sprake wanneer de werknemer de wil heeft om de werkgever te schade. Het typevoorbeeld hiervan is diefstal.

• Een zware fout is een fout die zo groot en buitensporig van aard is dat ze onvergeeflijk is in hoofde van diegene die ze begaat. Een typevoorbeeld is om de veiligheidsinstructies van chemische producten te negeren.

• Een herhaaldelijke lichte fout is een fout die repetitief voorkomt en die een normaal zorgvuldige werknemer niet zou begaan. Een voorbeeld hiervan is een herhaaldelijk kastekort als kassamedewerker.

Een werknemer die een van bovenvermelde fouten heeft begaan en daardoor schade heeft berokkend aan de werkgever, kan hiervoor aansprakelijk gesteld worden. De schadevergoeding kan worden ingehouden op het loon met als beperking dat de inhouding niet groter mag zijn dan 1/5de van het nettoloon. Die beperking geldt niet in het geval van opzettelijke fout.

Aan deze aansprakelijkheidsbeperking en bijhorende regels wordt in de toekomst niets gewijzigd.

Aansprakelijkheid van de werknemer ten opzichte van een derde

Een werknemer kan ook schade berokkenen aan een derde. Onder derden wordt verstaan elke andere persoon dan de werkgever. Het kan dus zowel gaan om een andere werknemer van de onderneming, als om een persoon vreemd aan de onderneming.

Op heden is de aansprakelijkheid van de werknemer ten aanzien van een derde ook beperkt tot gevallen van opzettelijke fout, een zware fout of een herhaaldelijke lichte fout.

Bijvoorbeeld: een bedrijf van loodgieters stuurt een personeelslid naar een klant om daar een aantal herstellingen te doen. Er worden per ongeluk verkeerde materialen gebruikt waardoor er een waterlek wordt veroorzaakt en de klant schade lijdt. Op vandaag kan de klant enkel de werkgever aanspreken voor de geleden schade omdat de klant geen contract heeft met de werknemer en de fout die hier gebeurd was een lichte fout was.

In de toekomst gaat dit veranderen en wordt de mogelijk gecreëerd om als schadelijdende derde naast het aanspreken van de werkgever ook werknemer rechtstreeks aan te spreken.

De werknemer die geconfronteerd wordt met een schadeclaim kan:

• zich beroepen op dezelfde verweermiddelen die de werkgever zou kunnen inroepen tegen de derde (bijvoorbeeld contractuele voorwaarden);

• zich beroepen op dezelfde verweermiddelen die de werknemer zou kunnen inroepen tegen de werkgever nl. het niet aansprakelijk zijn wanneer de fout het gevolg is van een gewoonlijke lichte fout van de werknemer.

Tot slot kan de derde geleden schade maar één keer verhalen dus ofwel bij de werkgever ofwel bij de werknemer.

Bron: Wetsvoorstel houdende boek 6 “Buitencontractuele aansprakelijkheid” van het Burgerlijk Wetboek, nr. 55-3213/012 en 013.